Criminelen die computergegevens vernielen, computersystemen ontoegankelijk
maken door aan wachtwoorden te sleutelen of computers bestoken met spam zodat de
boel vastloopt, kunnen straks een gevangenisstraf van maximaal twee jaar
tegemoet zien. Nu is dat nog één jaar. Wanneer ze deze delicten plegen met
behulp van een zogeheten ‘botnet’ wordt de maximumstraf drie jaar. Brengt een
computerdelict ernstige schade toe of richt het zich tegen een vitale
infrastructuur - bijvoorbeeld een overheidsnetwerk of energiecentrale - dan
wordt de maximale gevangenisstraf vijf jaar.
Het kabinet wil cybercriminaliteit krachtig aanpakken omdat die kan leiden tot maatschappelijke ontwrichting of het vertrouwen in het financieel-economisch systeem kan aantasten. Risico’s zijn er vooral bij aanvallen via 'botnets', waarbij op afstand de controle over grote aantallen computers wordt overgenomen met behulp van kwaadaardige software.
Vanwege het grensoverschrijdende karakter van cybercriminaliteit is een gezamenlijke Europese aanpak noodzakelijk. Als in alle Europese lidstaten dezelfde regels gelden voor strafbaarstelling van computercriminaliteit, verdwijnen de zogeheten 'safe havens'. Dit zijn landen waar criminelen gemakkelijker hun gang kunnen gaan omdat bepaalde feiten niet strafbaar zijn of met een lagere straf worden bedreigd. Als er geen ‘safe havens’ meer zijn, wordt het voor criminelen lastiger hun pijlen ongestraft vanuit die landen op Nederlandse bedrijven, burgers en overheid te richten.
De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.
(rijksoverheid.nl)


