Op 18 mei 2015 heeft de raad met Raadsbesluit nr. DOC-2015-001447 betreffende de toekomstvisie
Stadsmuseum besloten uit de zes voorgelegde varianten voor de toekomst van het Stadsmuseum de
ambitie uit te spreken scenario 4 te realiseren, met als concept ‘Living lab van pioniers en
vernieuwers’.
Na het raadsbesluit van 18 mei 2015 is verder gewerkt aan een inhoudelijke conceptontwikkeling van het
museum plus de financiële, ruimtelijke en organisatorische doorvertaling ervan. Daarbij is scenario 4 uit het
BMC rapport als ambitieniveau gehanteerd. Dit memo geeft een globale doorkijk naar wat het Living Lab,
vanaf nu met de werktitel Living Museum, kan worden en de haalbaarheid daarvan.
Voor het verkrijgen van aanvullende financiële middelen vinden ambtelijke gesprekken plaats met onder
meer Fonds 1818 en bij de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH). Ook zal met andere fondsen
worden gesproken, op het moment dat het concept en het ontwerp concreter zijn uitgewerkt (te denken valt
aan het stimuleringsfonds Creatieve Industrie en het BNG Cultuurfonds). Hiermee acht het college op dit
moment de ambitie van scenario 4 voor het Stadsmuseum wat betreft de exploitatie haalbaar, en is er
voldoende informatie beschikbaar om het concept en de locatie verder te ontwikkelen.
De huidige verkenningen vinden plaats in nauwe afstemming met het bestuur en directie van het huidige
Stadsmuseum, Bibliotheek en projectorganisatie Stadhuis. De museumorganisatie werkt als coproducent
mee aan de verdere uitwerking van het museale concept. Zowel bestuur als directie achten de ambitie van
scenario 4 inmiddels haalbaar, en kunnen zich goed vinden in het plan om het voorliggende concept verder
te concretiseren.
In de tweede helft van 2015 wordt de raad geïnformeerd over de doorontwikkeling van het concept in een
masterplan, waarin in ieder geval ontwerp, organisatie, programma en financiën (waaronder
investeringskosten) verder zijn uitgewerkt.
In het raadsbesluit van 18 mei 2015 is als bedrag voor de investeringskosten (gebouw) € 2,1 miljoen
opgenomen. De concrete uitwerking van de investeringsbegroting hangt nauw samen met de precieze
locatie die het Living Museum in gaat nemen in het stadhuiscomplex. Eén en ander is afhankelijk van het
uiteindelijke ontwerp dat voortvloeit uit de aanbesteding voor de renovatie van het stadhuis, de wens voor
‘Bruis aan de Markt’, waarvoor de raad de motie 1412–03 heeft aangenomen. De bouw van het Living
Museum wordt zoveel als mogelijk gelijkgetrokken met de bouw van het nieuwe stadhuis., zodat de overlast
tot een minimum beperkt wordt. Bovendien is het museum letterlijk een levend museum van de stad van
pioniers en vernieuwers, en zal het ook in en rondom bouwactiviteiten zijn functie vervullen.
Concept LIVING MUSEUM Zoetermeer
LIVING MUSEUM Zoetermeer is een museum over leven in een ‘new town’, over de stadscultuur van het
jonge Nederland. Het museum vertelt verhalen vanuit het oogpunt van mensen die zich een plek eigen
maken op nieuw land, in een nieuwe omgeving, met het oog op de toekomst. De presentaties zijn een ode
aan het pionierschap. Beleving, doen en erfgoed staan centraal. Verleden, heden en toekomst worden
verbonden.
Het Living Museum bestaat uit de volgende componenten.
1. Living Lab: experimenteren met de stad
In de Living Lab-ruimte kunnen bezoekers experimenteren met de inrichting en ontwikkeling van hun stad. In
samenwerking met bedrijven, instellingen en andere partners wordt een (semipermanent en wisselend)
programma ontwikkeld.
2. Living Life: de pioniersgeest van de Zoetermeerder beleven
Twee virtuele kamers laten de pioniersgeest zien van de ontwerpers van de groeistad en van de mensen die
er wonen. Dit is de zogenaamde core experience van het bezoek; een unieke ervaring die nergens anders in
Nederland bestaat. De bezoeker neemt plaats in een virtuele kamer en ervaart hoe spannend het is om
ergens opnieuw te beginnen, hoe groot de stap was en welke voordelen het had om naar een (deze) nieuwe
plek te gaan.
3. Living Rooms: ondergedompeld worden in lifestyle kamers
Twee lifestyle-kamers tonen de leefcultuur van een bepaalde tijd, persoon, groep of (sub)cultuur. Met
sfeerbeelden, voorwerpen, muziek, kleding, literatuur, attributen van vrijetijdsbesteding, populaire films,
interieur, televisieprogramma’s etcetera, wordt een lifestyle en de invloed daarvan op ons interieur
nagebootst.
4. Living History: verrast worden door historisch en innovatief Zoetermeer
Een chronologische expositie met historische foto’s en objecten neemt de bezoeker in vogelvlucht mee in de
geschiedenis van Zoetermeer.
5. Flexibele programmering (tijdelijke tentoonstellingen, educatie, events)
Een afwisselende programmering biedt een aanbod dat op verschillende momenten verschillende specifieke
doelgroepen aantrekt en herhaalbezoek stimuleert. Zo wordt een aanbod ontwikkeld bijvoorbeeld voor
nieuwkomers, scholieren van verschillende leeftijden, bedrijven, bewoners van woonzorgcentra of inwoners
met taalachterstand of jongeren.
6. Pionieren op locatie
Het uitgangspunt van de stadscultuur van jong Nederland en hoe wij ons plekken ‘eigen maken’, vraagt
interventies in de stad en de wijken. Het museum plaatst objecten die het verhaal van Zoetermeer vertellen
ook in verplaatsbare modules op bouwplaatsen, kavels en pleinen, in de bibliotheek, op straat of in een
voortuin, of midden in een tot woongebied te ontwikkelen weiland.
Samenwerking/partners.
De gemeente en het museum zullen met de stad in gesprek gaan over hoe het concept verder uitgewerkt
wordt. Gesprekken met diverse partijen zullen in de komende maanden worden gevoerd.
De huidige samenwerking in de programmering (meewerken aan exposities en bijdragen aan extra bezoek)
wordt uitgebreid:
Onderwijs, zoals ID College, Erasmus, Alfrink College, Oranje Nassau College, Basisschooldirecties,
docenten cultureel/maatschappelijke vorming.
Creatieve organisaties en ondernemers, zoals Dorpsstraat, Terra, Story Tellers, Floravontuur, etc.
Innovatie bedrijven en belangenverenigingen met hart voor de stad, zoals Fluxility, RVOZ.
Instellingen zoals woonzorginstellingen, Piëzo, Bibliotheek.
Facts and Figures (op basis van eerste haalbaarheidsonderzoek)
Het museum richt zich op het behalen van 25.000 bezoekers.
Het museum mag compact zijn, maar heeft wel voldoende ruimte nodig voor publiekstrekkers.
Volgens het BMC advies beslaat de toekomstige museumoppervlakte in totaal 1050 m², waarvan
600 m² expositieruimte en 450 m² andere functies (entree, horeca, kantoren, opslag, toiletten,
verkeersruimte).
Essentieel is een markante eigen gevel: museumbezoek is locatiebezoek, de locatie moet
onderscheidend en herkenbaar zijn voor lokaal, regionaal en nationaal publiek. De gevel mag niet
“opgaan” in een groot front of verstopt zijn in een galerij.
maandag 22 juni 2015
Zoetermeer steekt 2.1 miljoen euro in nieuw onderkomen Stadsmuseum
maandag, juni 22, 2015
Moderator


