maandag, december 01, 2014
Moderator
De advocaat-generaal (OM) in Den Haag heeft
vandaag in hoger beroep 6 jaar cel geëist tegen een inmiddels 20-jarige man uit
Den Haag die op 3 juni 2013 in Den Haag een andere man met brommerbenzine zou
hebben overgoten en die heeft aangestoken. Het slachtoffer liep zeer ernstige
brandwonden op aan gezicht, hals en arm. De littekens zullen altijd zichtbaar
blijven en hij kan zijn arm voor de rest van zijn leven minder
gebruiken.
Op de bewuste dag voerde verdachte met drie anderen het
slachtoffer mee naar een kelderbox. Het slachtoffer zou goederen hebben
weggenomen van één van de verdachten. In de kelderbox werd hij bedreigd,
mishandeld, werd een (nep)pistool in zijn mond gehouden en werd hij uiteindelijk
met de benzine overgoten en werd deze aangestoken.
Het OM vindt dat alleen een onvoorwaardelijke celstraf van aanzienlijke duur
recht doet aan de ernst van de feiten. “Verdachte is meegegaan in het plan van
een medeverdachte. Hij nam geheel deel aan het geweld en wist van het wapen. Hij
nam het zelfs over van een medeverdachte voor wat betreft het regelen van de
kelderbox. En uiteindelijk ging hij, en alleen hij, een grens over, immers het
slachtoffer had al verteld waar de spullen waren. Door enkel macht en
intimidatie overgoot hij het slachtoffer met benzine en klikte de aansteker aan
waarna het onbeschrijflijke gebeurde. Het OM neemt onmiddellijk aan dat het niet
zijn bedoeling was dat het zo zou aflopen. Dat hij het vreselijk vindt wat het
slachtoffer uiteindelijk is overkomen. Hij neemt ook zijn verantwoordelijkheid
daarvoor. Maar het OM snapt niet hoe iemand het in zijn hoofd haalt om een ander
met benzine te overgieten en vervolgens in een kleine ruimte een aansteker aan
te klikken. Dit strafwaardige handelen van verdachte en het onbeschrijflijke
leed dat het slachtoffer is aangedaan leidt tot vergelding in de vorm van een
langdurige gevangenisstraf als het belangrijkste doel van de strafoplegging”,
aldus de advocaat-generaal op de zitting.
De rechtbank veroordeelde de verdachte tot 4
jaar cel waarvan 1 jaar voorwaardelijk na een eis van de officier van justitie van 5 jaar cel. De
verdachte stelde hoger beroep in. De advocaat-generaal komt tot een hogere
strafeis dan de officier van justitie gelet op een zwaardere weging van het zeer
ernstige handelen van verdachte en het zeer ernstige gevolg voor het
slachtoffer.
De medeverdachten zijn inmiddels onherroepelijk veroordeeld.
Uitspraak (naar verwachting) over twee weken.
(om.nl)